Als je te weinig vraagt, krijg je nooit teveel

Enkele weken geleden las ik in de Leeuwarder Courant een interview met Linda Hoekstra, nu 53 jaar oud. Twintig jaar geleden verloor ze haar beide ouders die in Portugal vakantie vierden en uit het niets werden vermoord door een jong Frans stel dat in geldnood zat. Op een camping notabene.  

 

Nu, twintig jaar later, heeft ze er een boek over geschreven en één van de verdrietigste ervaringen die ze heeft ondervonden, was de reactie van mensen uit haar omgeving. Als ze over dit drama vertelde, schrokken mensen heel erg en wisten niet hoe ze moesten reageren. Dat was lastig en hoewel ze het wel begreep, maakte het haar ook eenzaam. Sommigen gingen haar zelfs uit de weg, deden alsof ze haar niet zagen als ze bij een winkel stonden, waarschijnlijk bang voor de ontmoeting, of confrontatie. Wat ze wilde, zo vertelde Linda, was dat iemand zou vragen: ‘wil je vertellen, over wat er toen precies is gebeurd?’ of  ‘hoe gaat het nu met jou?’

 

Zo simpel, noodzakelijk én gewenst is het geven van aandacht en het stellen van een vraag, als je in verbinding staat met iemand: je buurvrouw, je vriend(in) of cliënt. En het is aan de ander om te reageren met ‘ja, ik wil er wel over vertellen’ of ‘dat wil ik nu liever even niet.’ Echter, het blijkt maar al te vaak, dat we dit zelf gaan invullen voor de ander, zonder er naar te vragen: uit onmacht, uit gewoonte of uit….?  Zeg het maar.  

 

Het geven van aandacht en het stellen van vragen is ook wat jullie professioneel doen als je actief bent als Mantelzorgmakelaar. Dat lijkt simpel, het geven van aandacht en het stellen van vragen, maar in de scherpte geformuleerd: ’wat is een vraag’?, of nog beter: ’wat is een goede vraag?’

 

Velen hebben daarover geschreven, maar om er één aan te halen, noem ik Elke Wiss, de schrijfster van ‘Socrates op sneakers’. Zij schrijft dat een vraag, een goede vraag, een uitnodiging is. Ik citeer: 

 

‘een goede vraag is de uitnodiging naar de ander om na te denken, om iets uit te leggen of te verhelderen, om iets aan te scherpen, te verdiepen, om informatie te geven, om te onderzoeken en om te verbinden. Een goede vraag is helder geformuleerd en wordt geboren uit een open, nieuwsgierige houding. Een goede vraag blijft bij (het verhaal van) de ander. Een goede vraag zet het denken in beweging. Een goede vraag leidt tot verheldering, nieuwe inzichten of een nieuw perspectief voor de beantwoorder van die vraag.’ 

 

Wat een rijkdom dat jij in je rol van Mantelzorgmakelaar ook op zoek mag gaan naar het stellen van die goede vraag in je gesprekken met mantelzorgers. 

 

In die zoektocht naar het stellen van de goede vraag, mag je weten, dat:

  1. je nooit te weinig vraagt -want dan krijg je nooit teveel- en heb je niet het beste, het diepste uit de ander gehaald
  2. je in gesprekken met Mantelzorgers een aantal dingen niet moet gaan doen. Dat ‘niet doen’, zo leert de ervaring, blijkt voor velen nog lastiger te zijn, dan het stellen van een goede vraag. Hoewel het op de loer ligt, is nl. het dringende advies om niet -ongevraagd- advies te geven in een gesprek, niet een mening te delen, en niet een suggestie aan te reiken. 

De mantelzorger wil aandacht, begrip, geduld en wil zijn/haar verhaal doen en zit niet te wachten op jouw verhaal. Het is een professioneel gesprek en dan gaat het niet om jou, of hoe je iets bedoelt, of wat jouw angst, gevoel, idee, herkenning of behoefte is. Onbedoeld en onbewust projecteer jij dan jouw emoties of gedachten op de ander. Niet doen! 

 

Hoe kan het toch dat we in -professionele- gesprekken de neiging hebben om te projecteren? Kortgezegd zijn daar sowieso twee verklaringen voor.

  1. Met name professionals in het onderwijs en de zorg hebben neiging te willen helpen. Helpen geeft ons het goede gevoel, betekenis en het zorgt ervoor dat we zinvol bezig zijn en ook niet onbelangrijk: we denken dat de ander erbij gebaat is. We zijn nodig geweest voor die ander. De vraag is echter: ’wat is -echt- helpen?’ Is dat ongevraagd iets aanreiken aan de ander? Om over na te denken.   
  2. De reparatiereflex. In je rol als Mantelzorgmakelaar kun je in de reparatiereflex schieten wanneer die mantelzorger in een intakegesprek jou iets voorlegt of met jou een probleem, of een dilemma deelt. Voor je het zelf door hebt, heb je in dat gesprek al genoemd: ’heeft u al geprobeerd met die en die een gesprek aan te gaan?’, of: ‘weet u, mij heeft dat en dat toen erg geholpen, misschien is dat ook wel iets voor u’, of: ‘weet u wat u nu zou moeten doen?’, of: ‘ik herken wat u zegt, want mijn schoonzoon heeft hetzelfde meegemaakt en die……’, of: ‘ik had hetzelfde als u. Bij mij was het namelijk zo, dat….’ enz.   

In de context van projecteren zijn ’willen helpen’ en ’de reparatiereflex’ actie handelingen om de ander te overtuigen van jouw gelijk, jouw  professionaliteit,  kennis en kunde, omdat het jou een goed gevoel geeft. Daar ben je meer druk mee, dan met je te verdiepen in het standpunt van de mantelzorger en de wil om te onderzoeken hoe het nu echt zit met die mantelzorger. 

 

In eerste instantie hoor je veel  professionals -incl. Mantelzorgmakelaars- zeggen dat ze helemaal niet willen overtuigen, maar in de diepste kern is dat wel wat je dan aan het doen bent. Dit is geen verwijt, maar meer, laat ik zeggen, natuurlijk hulpverlenersgedrag. De uitnodiging is om professioneel te gaan onderzoeken waar de mantelzorger staat en wat die echt nodig heeft. 

 

Wat ik jou toewens is scherp te zijn én te blijven op het stellen van die goede vraag en niet dat je vervalt in een verkeerde vorm van helpen of in de reparatiereflex schiet. Een Linda Hoekstra heeft daar niets aan, vraagt er ook niet om en waarschijnlijk al je toekomstige klanten, cliënten ook niet. 

 

Om af te sluiten met het goede nieuws: het stellen van goede vragen is te leren. Hoewel iedereen een aangeboren vaardigheid heeft om vragen te stellen moet je wel de vaardigheid erin ontwikkelen. Het is het beste stuk gereedschap en daarom is het zeer de moeite waard er opzettelijk in te oefenen, er bewust op te trainen, opdat je het verschil gaat maken!

 

Succes met leren!

 

Albert van der Meulen